Kiezen op Afstand (KOA) Experimenten bij verkiezingen voor Europees Parlement   Het ministerie van BZK heeft bij de verkiezing van de leden van het Europees Parlement twee experimenten uitgevoerd in het kader van het project Kiezen op Afstand. Het project heeft tot doel te onderzoeken of het stemproces minder plaatsafhankelijk kan worden gemaakt. Voor het eerst hebben kiezers per internet en telefoon kunnen stemmen. Kiezers die vanuit het buitenland hun stem mochten uitbrengen hebben dat gedaan tussen 1 en 10 juni 2004. In de periode zijn 5351 stemmen per internet en telefoon uitgebracht. Voor dit experiment is gebruik gemaakt van een stemdienst die in opdracht van het ministerie van BZK is gemaakt. De minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties (BVK), Thom de Graaf, heeft besloten de specifiek voor deze stemdienst ontwikkelde programmatuur openbaar te maken en als open source beschikbaar te stellen. Vanaf 21 juni 2004 is de programmatuur op de website van het programma Open Standaarden en Open Source Software, onderdeel van de Stichting ICTU, te vinden. Op 10 juni 2004 is in de gemeenten Assen, Deventer, Heerlen en Nieuwegein geëxperimenteerd met het stemmen in een stemlokaal van eigen keuze. De eerste indrukken over dit experiment zijn positief, zoals uit uitlatingen van zowel kiezers over het gemak voor de kiezer als van de betrokken gemeenten blijkt. Beide experimenten zullen de komende weken geëvalueerd worden.   Zo luidt het persbericht van BZK d.d. 17 juni 2004. Hieronder nog wat meer (achtergrond)informatie. Er hadden zich voor deze verkiezing bij B&W van de gemeente Den Haag in totaal 16.002 kiesgerechtigden in het buitenland laten registreren; aanmerkelijk minder dan bij verkiezingen voor de Tweede Kamer. Bijna 77% heeft uiteindelijk gebruik gemaakt van het stemrecht. Een hoge `opkomst' in vergelijking met het opkomstpercentage van heel Nederland 39,1% (in 1999 nog 30%) en het percentage over de gehele EU van 45,5% (was 49,8%). 7.196 in het buitenland verblijvende Nederlanders hebben te kennen gegeven dat ze per telefoon of internet zouden willen stemmen. Bijna 75% daarvan (5.351) heeft dat uiteindelijk ook gedaan (4.871 via internet en 480 per telefoon). De overige 6.924 briefstemmers hebben hun stem uitgebracht via 9 briefstembureaus in het buitenland (totaal 641) en 6 in Den Haag. Het zal niet verbazen dat de VVD onder de `buitenlandstemmers' als grootste partij uit de bus is gekomen met 3.596 stemmen (waarvan 1524 via internet/telefoon). Het CDA is tweede met 1936 stemmen (726 i/t), PvdA met 1.649 (811 i/t) derde en GroenLinks met 1.434 (765 i/t) vierde. Europa Transparant heeft 966 buitenlandse stemmen verzameld waarvan 413 via i/t.   Vooruitlopend op de door BZK aangekondigde evaluatie was professor Bart Jacobs zo vriendelijk om desgevraagd al enkele opmerkingen te maken bij en over het internet/telefoonexperiment. Hij is bij de daadwerkelijke uitvoering van KOA betrokken geweest en was ook uitgenodigd om ten tijde van het experiment in het kader van de algehele transparantie en openheid het experiment van nabij te volgen. In de discussie die B&R met hem en vertegenwoordigers van Nedap/Groenendaal over betrouwbaarheid van stemmachines heeft gevoerd (zie de volgende pagina's in dit blad) had de professor ook al een interessante opmerking over KOA gemaakt.   `Het vergaren van de op afstand uitgebrachte stemmen vond plaats op een geheime, beveiligde locatie waar de computers voor de verwerking van stemmen via het web en de telefoon zich bevonden'. Zelf was professor dr. Bart Jacobs door minister De Graaf `speciaal aangewezen als deskundige met het recht deze locatie op ieder moment, onaangekondigd, gedurende de tien dagen voor de eigenlijke verkiezingsdag van 10 juni, waarop het stemmen op afstand plaats kon vinden, te bezoeken'. Op die locatie bevonden zich `permanent, 24 uur per dag, zes personen, waaronder iemand van het stembureau Den Haag, iemand van BZK en mensen van het bedrijf LogicaCMG dat de stemdienst verzorgde. De belangrijkste activiteit was het elektronisch stemverkeer in de gaten houden. Bijzondere aandacht werd daarbij gegeven aan mogelijk kwaadwillende pogingen van bijvoorbeeld hackers op de stemserver. Door inspectie van firewall kon in zo'n geval toegang worden afgesloten vanuit de bron. Omdat er in deze 10 dagen door slechts zo'n 5000 mensen elektronisch is gestemd gonsde het op deze locatie niet van de activiteit'.   `Het uiteindelijke tellen van de stemmen (op de avond van 10 juni) vond niet op deze zelfde locatie plaats, maar bij BPR in Den Haag. Omdat daarvoor software werd gebruikt van de Katholieke Universiteit Nijmegen was daar ook een medewerker van de universiteit, dr. Engelbert Hubbers, aanwezig, naast mensen van het stembureau Den Haag, BZK en enkele nieuwsgierige buitenstaanders die gebruik maakten van de openbaarheid van de telling. De tel-software was geïnstalleerd op een gewone laptop, die qua geheugen niet al te ruim bemeten bleek. Hierdoor verliep het elektronische tellen ietwat traag, maar verder zonder enige problemen. De uitdraai van de getelde stemmen werd vervolgens in een verzegelde envelop verzonden aan de burgermeester van Den Haag. Hiermee eindigde het experiment `Kiezen op Afstand'. Er is echter nog wel een uitgebreide evaluatie voorzien'.   `Niet landelijk schaalbaar' Bart Jacobs noemt het in de discussie over de betrouwbaarheid van stemmachines `verstandig' dat nu een `heel beperkt experiment' is gehouden. `Dat is van belang om de technieken die nodig zijn in kaart te brengen, goed te evalueren, te bezien hoe kwetsbaar het is en om te bekijken welke procedures nodig zijn en daar dan eens kritisch naar te kijken. Dan is de conclusie denkbaar dat we zeggen dat we dit de komende tien jaar maar niet moeten doen. Want het systeem dat nu bij KOA gebruikt wordt, is in ieder geval niet landelijk schaalbaar'. (az)